Toestand in de plantage

Zoals verwacht is de fenologie snel geëvolueerd en volgde de bloei van de verschillende fruitsoorten elkaar snel op. Ten opzichte van vorig jaar, wat met het gemiddelde vrij goed overeenkwam, is er maximaal nog 2 weken achterstand, bij appel zelfs maar 10 dagen meer.
De bloei verliep over het algemeen vrij goed. Niet alleen omdat er praktisch geen nachtvorsten zijn geweest maar ook de andere weersomstandigheden zaten gunstig. Zo waren er weinig dagen van continue noord-oostenwinden wat niet dadelijk het ideale zettingsweer is. Opmerkelijk is dit jaar de massale hoeveelheid stuifmeel dat er vrij komt. Tijdens de weerberichten wordt hierover ook regelmatig bericht maar dan tot betrekking met de sierbomen en andere bloeiende planten. Voor stuifmeelallergische personen is dit een minder een aangename vaststelling.
Of er al dan niet een sterke rui te verwachten valt, hangt af van de stressmomenten die in de loop van de volgende weken kunnen opduiken. Hiervan kan de teler de oorzaak zijn door ondoordachte handelingen te stellen zoals bv. een te late bemesting. Maar ook kunnen er zich situaties voordoen waarop de teler geen vat heeft. Drie dagen donker bewolkt weer kan hetzelfde rui-effect hebben als een carbarylbespuiting op appel.
Bij peren is er een goede zetting te verwachten op de percelen met een goede bloemknopkwaliteit en –kwantiteit. Doch zoals in vorige adviezen gemeld komen er nog al wat wisselvallige percelen voor waar bij een optimale zetting nog een normale oogst geboekt kan worden. Deze zetting kan bevorderd worden door 2 weken na volle bloei ½ kg Regalis te zetten met een herhaling na 2 à 3 weken. Regalis wordt hier dan niet gepositioneerd als een groeiremmer maar als een antistress middel door het afremmen van de ethyleenvorming met minder rui als gevolg. Belangrijk is deze stresssituatie voor te zijn door de Regalisbehandeling. Meer informatie vindt u in het artikel van An Gomand:”Vruchtzetting peer” Fruitteeltnieuws nr.7 pagina 14.

Dode knoppen voorkomen

De periode van Pseudomonasinfecties breekt nu aan. Gevoelige perenpercelen kunnen nu starten met een preventieve behandeling met zink-metalosaat. Meer informatie vindt u in het artikel eveneens van An Gomand in dit nummer.

Vruchtdunning appel

Bij appel is vooral de chemische vruchtdunning te overwegen op de diploïde rassen. De amid-thin toepassing zal er op de meeste bedrijven uitgevoerd zijn. Of de behandeling de 7de of 9de dag na volle bloei werd uitgevoerd, speelt dit jaar met de snel evoluerende fenologie, weinig rol. Dringt ook een carbarylbehandeling zich op dan is er de keuze voor 2 momenten. Wil men Elstar, Gala, Breaburn dunnen op het meerjarig hout dan is einde bloei het beste moment. Voor dunning op het éénjarig hout moet een vruchtdikte van 12 mm bereikt zijn op het meerjarig hout. Bij Golden kan bij een massale zetting de behandeling vervroegd worden.

Kersen

De zetting bij kersen lijkt goed. Indien de rui niet te sterk is, zal alles in het werk gesteld moeten worden om een voldoende vruchtmaat te bereiken. Een extra potasbemesting van 50 eenheden in de vorm van potassulfaat in juni is aan te bevelen.

Gewasbescherming

De infecties die na de zware ascosporenuitstoot van het Paasweekend gebeurden, zijn nu zichtbaar. In het weekend van 30 april was er een gelijkaardige massale uitstoot. Naar witziekte toe zijn ook alle voorwaarden voldaan om tot sterke infecties te leiden. Preventief behandelen en afwisseling van de middelen is de beste anti-resistentiestrategie.
Naar insectenbestrijding toe is het plaatsen van de vallen belangrijk om de infectiedruk en het bestrijdingstijdstip van de fruitmot en de bladroller te kunnen bepalen. Het fruitmotprobleem neemt steeds toe. Vele telers worden zich pas bij de oogst bewust van de omvang van de schade door aangestoken vruchten. Uiteraard is alle hulp dan te laat en kan de economische schade hoge percentages aannemen.
Aangaande perebladvlobestrijding schuift Bayer 20 mei als signaaldatum voor Envidor naar voor. Vertimec wordt voorbehouden voor de 2de generatie.
De boswants is hier en daar een opkomend probleem vooral bij percelen die grenzen aan een bosrand of particuliere tuinen. Wantsen verblijven graag op netels. Deze opruimen kan 1 maal met groeistoffen of door het strooien van Casoron op jong ontluikende netels.

Bacterievuur

Ook de meidoornhaag zint op een rijke bloei. Het voorkomen van die bloei door het scheren van de hagen is niet meer verplicht sinds 1987. Toch blijft de aanwezigheid van deze bloeiende waardplant voor de Erwinia een dreigend gevaar voor kortbij liggende peren- en appelaanplantingen. Daarom moeten aangetaste delen van meidoornplanten dadelijk weggenomen worden. Infecties die niet opgeruimd worden kun je telefonisch melden aan Mevr. Ann Mariën op het nummer 011/26 39 35 of per fax 011/26 39 87.

Onkruidbestrijding

Normaal gezien zijn alle percelen nu onkruidvrij. Opgelet voor percelen waar wortelsnoei werd toegepast. De snijgeulen van het mes eerst dicht rijden is noodzakelijk zodat de herbiciden niet aan de wortels van de bomen kunnen komen. Het éénmalig per seizoen toepassen van groeistoffen kan beter uitgesteld worden tot de bijen zijn weggehaald. Volgens de imkers veroorzaken de geuren van de groeistoffen een verwarring bij de bijen waardoor ze hun eigen volk de bjenkast uitdrijven.

Bewaring

Het afgelopen bewaarseizoen hebben zich betrekkelijk weinig bewaarproblemen gesteld. Vele partijen dienen evenwel dringend geruimd te worden. Uit meerdere testen bleek dat het uitstalleven zeer snel afneemt. De vraag naar goede partijen appels blijkt groot te zijn. Indien dit zich ook vertaald in een aanvaardbare prijsvorming dan wordt het zekere kiezen voor het onzekere aangeraden.
Vanuit de handel wordt steeds meer het probleem van de gele peren gesignaliseerd. Als oorzaak kan de warme nazomer naar voor geschoven worden. Maar de opkomst van het gele perenfenomeen stelt zich al meerdere jaren en loopt parallel met de start van wortelsnoei als alternatieve groeiremming. Maar gewortelsnoeide percelen moeten niet dadelijk als synoniem staan voor gele peren zo blijkt uit meerdere jaren proefervaringen op de pcfruit proeftuin te Velm. Water geven is nuttig doch niet de enige oplossing. De bemesting met of zonder irrigatie is de belangrijkste preventieve maatregel ter voorkoming van gele peren. De tijdig uitgevoerde voorjaarsbemesting die later gevolgd wordt door voldoende bladvoedingen met mangaan en magnesium zijn het reeds meermaals geformuleerde advies voor het telen van groene peren. Vele telers denken dat de benodigde hoeveelheid stikstof in het groeiseizoen gefractioneerd kan worden. Deze redenering is volledig fout. Stikstofbemestingen in augustus zijn alleen nuttig voor de diktemaat en de bloemknopontwikkeling voor het volgend jaar. Deze zomerbemesting mag dus zeker niet in mindering gebracht zijn van de dosis in het voorjaar.

Nieuwe aanplantingen

Planten in het voorjaar wanneer de gronden voldoende zijn opgewarmd is niet zonder risico. Vooreerst is een goede bewaring van de bomen noodzakelijk en dienen de bomen voor het planten met wortel en stam gedurende 24 uren in het water te worden gezet. Na het planten is het aangieten noodzakelijk en deze mag oplopen tot 10 l per boom.
Regelmatig bij bemesten creëert een goede aangroei en vorming vruchthout.