De tijd dat ieder jaar een handvol nieuwe gewasbeschermingsmiddelen op de markt kwamen voor de fruitteelt ligt lang achter ons. Het wegvallen van vele basisproducten is de laatste jaren meer aan de orde door de nieuwe Europese wetgeving.
Vanuit de grote bedrijven is er niet dadelijk belangstelling om voor een kleine markt als de fruitsector dure middelen te ontwikkelen. Meestal worden bestaande middelen uit de landbouw onderzocht naar hun toepasbaarheid in de fruitteelt en indien ze voldoen wordt een erkenning aangevraagd.
Anderzijds zijn er ook middelen waarvan het patent vervallen is en die na veel onderzoek ook door andere bedrijven op de markt kunnen gebracht worden.
Eén van die bedrijven die dit laatste toepast is de firma Globachem nv. 3 jaar geleden is deze opgericht door Koen en Els Quaghebeur-Paesmans. Het eerste jaar zat enkel Koen fulltime in het bedrijf. 2 jaar geleden zette Els bij de Boerenbond een stap opzij om ook fulltime voor Globachem te kunnen werken. Sinds april 2003 werd de eerste medewerker aangeworven.
Redenen genoeg om eens bij Els, als oudgediende voor Fruitteeltnieuws en haar man Koen, naar hun nieuwe activiteiten in de fruitteeltsector te polsen.
Wat doet Globachem?
Globachem richt zich vooral op de generieke gewasbeschermingsmiddelen. Hierbij specialiseren we ons in niche-producten en niche-markten, waarvoor de grote bedrijven minder interesse hebben.
Op 3 jaar tijd heeft Globachem reeds verschillende eigen erkenningen bekomen, niet alleen in België, maar ook in Frankrijk, Duitsland, Luxemburg en het Verenigd Koninkrijk. De eerste erkenningen waren producten voor in de akkerbouw, vooral herbiciden voor bieten of graan. Recent hebben we nu ook enkele erkenningen in België voor de fruitteelt bekomen.
Die “generieke” gewasbeschermingsmiddelen mogen we die vergelijken met de “witte” geneesmiddelen?
“witte” geneesmiddelen?
Generieke gewasbeschermingsmiddelen zijn “oude” gewasbeschermingsmiddelen waarvan het octrooi (patent) op de actieve stof vervallen is. Als een zogenaamd “generiek” bedrijf een firma vindt die deze actieve stof aanmaakt en de formulatie kan ontwikkelen, dan kan ze voor deze middelen eigen erkenningen aanvragen. Hiervoor moeten een hele resem studies uitgevoerd worden, zoals onder andere studies naar de zuiverheid, naar de fysische en chemische eigenschappen (oplosbaarheid, schuimvorming, gietbaarheid, pH, enz.), naar de giftigheid voor mens en dier, alsook naar het milieu. Met deze resultaten moet een dossier ingediend worden bij het Ministerie van Landbouw en de erkenningsaanvraag moet goedgekeurd worden door het Erkenningscomité.
“Generieke” gewasbeschermingsmiddelen kan je vergelijken met de “generieke” geneesmiddelen, die ze nu ook de “witte” geneesmiddelen noemen. De kwaliteit is hetzelfde als die van de originele producten. Het enige verschil is dat ze wat goedkoper zijn.
Wat hebben jullie voor de Belgische fruittelers want er is op een aantal fronten dringend nood aan wat nieuwkomers?
dringend nood aan wat nieuwkomers?
Belangrijk voor de Belgische fruittelers is dat we in de loop van maart een erkenning gekregen hebben voor FRUGICO, een fungicide op basis van 250 g/l diethofencarb.
Nu de telers vanaf juni 2004 geen Sumico WP meer mogen gebruiken, vreesde iedereen voor een gat in het afspuitschema van appels en peren. FRUGICO zal deze plaats perfect kunnen innemen. Dit product werkt heel goed tegen bewaarziekten (Gloeosporium en Botrytis), alsook tegen de BCM-resistente Botrytis-stammen.
FRUGICO zal verkocht worden in een duo-pack, samen met carbendazim (Sumico WP bevatte diethofencarb + carbendazim). In 1 duo-pack zal 2 liter FRUGICO zitten (diethofencarb 250 g/l) + 1 liter Carbendazim 500 SC. 1 duo-pack bevat voldoende product voor het behandelen van 1,33 ha appel of peer aan een dosis van 1,5 liter FRUGICO + 0,75 liter Carbendazim 500 SC per hectare standaardboomgaard.
Daarnaast hebben we voor dit jaar ook een erkenning bekomen voor TOPENCO 100 EC. Dit is een middel tegen witziekte op appel en aardbeien. Ook voor de witziektebestrijding viel er voor 2004 een middel weg. Onze TOPENCO 100 EC bevat 100 g/l penconazool. TOPENCO 100 EC is qua inhoud en gebruik perfect vergelijkbaar met het originele product. Overigens, wie van onze TOPENCO 100 EC een volle karton koopt, krijgt gratis een veelzijdig zakmes cadeau!
Ook voor de kersenteelt biedt zich een volledig nieuw middel aan?
Globachem werkt ook aan volledig nieuwe middelen, gebaseerd op natuurlijke middelen. Zo komen we dit jaar op de markt met PLATINA, een volledig nieuw middel tegen het barsten van zoete kersen. PLATINA is een bladmeststof op basis van een aminozuur. Met dit product hebben we de voorbije 2 jaren proeven gedaan, samen met het Ministerie van Landbouw en het PCF-PPS (de proeftuin). De resultaten waren zeer goed: in de proeven van het Ministerie van Landbouw konden we 2 jaar na elkaar het aantal gebarsten vruchten met 50% verminderen, terwijl in de proef van de proeftuin ons middel er als beste uitkwam in de vergelijkende barstproef! Voor deze toepassing en de formulatie van PLATINA werd een octrooi (patent) aangevraagd.
De eerste jaren was Globachem vooral actief op de Duitse markt
Onze eerste erkenningen voor fruitteeltproducten kregen we inderdaad in Duitsland.
Tot voor 2 jaar mochten de Duitse fruittelers geen gibberellines toepassen. Dus de pil (GA3) en GA4/7 tegen vruchtverruwing waren verboden. Globachem is erin geslaagd om voor deze producten toch een erkenning te verkrijgen.
Zo waren wij in 2002 als enige bedrijf op de Duitse markt met een product op basis van gibberellin GA4/7 tegen de ruwschilligheid, onder de naam GIBB Plus. Vermits de Duitse telers ook geen toelating hebben voor het gebruik van Amid-thin, kan onze GIBB Plus ook ingezet worden ter verbetering van de vruchtzetting.
Voor het seizoen 2003 hadden wij in Duitsland ook een erkenning voor GIBB 3, de zogenaamde pil op basis van GA3. Ook hier waren wij de eerste en enige. Vooral vorig jaar met de vroege lentenachtvorst was dit voor de Duitse perentelers een welkome uitbreiding van hun middelenpakket.
En nu is er ook juist de erkenning voor streptomicine voor Duitsland verkregen, eigenaardig toch?
eigenaardig toch?
Jawel, voor 2004 hebben we zonet een erkenning verkregen om streptomycine te verkopen in Duitsland. Streptomycine is in Duitsland, net zoals in België, verboden. Maar in Duitsland bestaat er een uitzonderingsmaatregel in de erkenningswetgeving. Met deze uitzonderingsmaatregel kan je voor echt noodzakelijke, onmisbare middelen, waarvoor er geen ander alternatief is, gedurende een periode van enkele maanden en voor een beperkt quantum, toch een toelating bekomen. En deze hebben wij nu voor streptomycine verkregen. In ons geval van streptomycine, mogen de telers enkel “op voorschrift” behandelen. Dus er moet eerst een specialist ter plaatse komen om te kijken of er wel degelijk dient behandeld te worden. Zo ja, dan krijgt de teler een voorschrift waarmee hij het product kan gaan kopen.
In België bestaat zo’n uitzonderingsmaatregel niet. Dat zou nochtans zeer interessant zijn om tijdelijk een oplossing te kunnen bieden aan acute problemen in bepaalde sectoren. Hierbij wil ik dan ook een oproep doen aan mijn vroegere werkgever, de Boerenbond, om ook in België het nodige lobbywerk te doen om zo’n uitzonderingsmaatregel te voorzien in de wetgeving.
Maar hoe zit dat dan met de Europese harmonisatie?
Dat is weer een heel ander verhaal. Inderdaad, alle gewasbeschermingsmiddelen worden in de toekomst Europees beoordeeld. Deze procedure is al van in 1993 opgestart en zal zeker nog een 10-tal jaren duren. Alle erkenningen moeten herzien worden. Hiertoe waren alle actieve stoffen ingedeeld in 4 lijsten. Lijst 1 kwam het eerst aan de beurt. Nu is men bezig aan de lijsten 2 en 3. Voor lijst 4, de lijst met de minst gevaarlijke middelen, waaronder ook de gibberellines, de feromonen, enz. is men nu aan het nagaan welke gegevens en studies moeten geleverd worden door de firma’s.
Samengevat komt het erop neer dat iedere actieve stof ooit op de Europese lijst moet komen. Zolang een bepaalde actieve stof de Europese herziening nog niet volledig doorlopen heeft, gelden de plaatselijke regels, die van land tot land verschillend zijn. Eens een product op de Europese lijst staat, gelden de Europese regels voor de erkenning van de actieve stoffen.
Zo komt het dus dat Duitsland nog een wetgeving heeft met een uitzonderingsmaatregel die nog kan toegepast worden voor de middelen die de Europese herziening nog niet doorlopen hebben. België heeft in principe ook nog voldoende tijd over om alsnog zo’n uitzonderingsmaatregel in te voeren.
Mogen we van Globachem binnenkort een wondermiddel tegen de perenbladvlo verwachten?
verwachten?
In België hebben we op dit moment nog enkele erkenningsaanvragen lopende. De erkenningen hiervoor verwachten we voor het volgende seizoen 2005. Spijtig genoeg zit hier geen middel tegen perenbladvlo tussen.
Op meer lange termijn werken we nog aan enkele volledig nieuwe middelen, op basis van natuurlijke stoffen. De voorbije jaren hebben we reeds enkele oriënterende proeven uitgevoerd die er veelbelovend uitzagen. Dit jaar worden hiervoor de officiële veldproeven opgestart. Het is nu nog wat te vroeg om meer details te geven over hun werking.
Ook onze PLATINA (tegen het barsten van zoete kersen) blijkt een aantal interessante werkingen te hebben bij appel en peer. Ook dit zal de volgende jaren verder uitgewerkt worden.
Dus nog werk genoeg?
Zeg dat wel. In de markt van de gewasbescherminsmiddelen, waar er steeds minder actieve stoffen overblijven, zijn er toch nog voldoende mogelijkheden om een mooi productengamma uit te bouwen. We staan nu op een punt waarbij we binnen Globachem moeten nadenken over onze toekomst. Ofwel blijven we klein. Dit heeft als nadeel dat we mogelijkheden links zullen moeten laten liggen omdat we onvoldoende tijd zullen hebben om aan oplossingen voor bepaalde teeltproblemen te werken. Ofwel groeien we verder en werven we meer personeel aan voor de begeleiding en opvolging van de proeven en/of voor de verkoop in binnen- en buitenland. Ook dit heeft dan weer zijn voor- en nadelen, vooral ook omdat we een goed evenwicht willen behouden tussen ons bedrijf en ons familiaal leven.
Op 16 april 2004 zal tijdens de studieavond van de dienst Ontwikkeling van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap het nieuwe bewaarmiddel Frugico voorgesteld worden (zie aankondiging Studiekring Guvelingen pagina 38).
Na de vergadering biedt de firma Globachem in samenwerking met Studiekring Guvelingen een hapje en een drankje aan in zaal Guvelingen, Tuinbouwschool Onze-Lieve-Vrouw (meer info op pagina 38). Iedereen van harte welkom.
Eddy Leclere,
Studiekring Guvelingen