En zondag is het weer zo ver. Alle Belgen vanaf 18 jaar brengen hun stem uit voor de besten die ons land voor 4 jaar mogen regeren. Het toekennen van de voorkeurstemmen hangt af van vele factoren. Maar denkt de kiezer wel altijd na en evalueert hij een ganse legislatuur ? Of wordt de laatste miskleun de finale push voor verandering ? Vier jaar geleden was de dioxinecrisis de doorslaggevende factor voor een nieuwe bewindsploeg. Worden de misbruikte bankkaarten de struikelblok van het uittredende regime met de zo gepredikte actieve en veilige welvaartstaat ?
Of er nog veel welvaart in de toekomst voor de agrariërs te verwachten valt, is de openlijke vraag die vele land- en tuinbouwers zich stellen over hun plaats in Vlaanderen. Zeker als je bedenkt dat het inkomen van de Vlaamse land- en tuinbouwer 1/3 lager ligt dan het gemiddelde inkomen van de Vlaming.
Het doel van de regering was, met de keuze van de minister, snel duidelijk door landbouw ondergeschikt te maken aan het groene, ecologische belang en de slogan : “Traditionele landbouw moet duurzaam worden”. Maar duurzaamheid betekent ook dat economie en ecologie elkaar in evenwicht houden zodat de land- en tuinbouwers een eerlijk en correct inkomen verwerven.
“Is de Vlaamse land- en tuinbouw nog nodig ?” was ook de vraag die Studiekring Guvelingen stelde tijdens de Nieuwjaarsvergadering. Het antwoord van senator Erica Thijs vind je elders in een artikel in dit nummer.
Willen we ook een veilige welvaartstaat, dan is het behoud van een eigen veilige voedselvoorziening door leefbare land- en tuinbouwbedrijven noodzakelijk. Maar alles kent zijn prijs, ook kwaliteit. Het respecteren van strenge normen, het uitvoeren van controles en het investeren in het milieu zorgt voor hogere kosten. De consument daarentegen kiest haast altijd voor de laagste prijs. Een rechtvaardige prijs voor een gezond product moet aan elkaar gekoppeld zijn.
De eisen die aan de Vlaamse fruittelers worden gesteld gaan veel verder dan Europa oplegt. Dit bemoeilijkt de concurrentie met de Europese collega’s. Daarom moeten de eisen die gesteld worden aan producten van Vlaamse origine dezelfde zijn als voor de producten die bij ons ingevoerd worden. Wil Vlaanderen toch strenger zijn dan de Europese normen, dan moet “men” dit ook maar vergoeden.
En nu we toch over concurrentievervalsing spreken : de tewerkstelling van arbeidskrachten van buiten de Europese Unie in geval van nood, zou een dankbaar alternatief zijn om de fruitpluk op te vangen. Maar ook een vermindering van de administratieve rompslomp aangaande tewerkstelling dringt zich op. Het idee van de groene cheques had de fruitteelt een stap vooruit kunnen helpen, maar …
Och kom, … we zullen maar niet blijven klagen en ons zondag gewoon van onze taak kwijten en hopen dat het straks weer allemaal beter wordt.