Maartse buien en aprilse grillen

Zeg nu nog eens dat het klimaat aan het veranderen is. Op 1 maart, bijna klokslag middernacht, startte dit jaar de maartse buien. Halsstarrig bleven ze volharden tot het eind van de maand met in het vroege Paasweekend nog hagel- en sneeuwbuien er boven op. De witte Pasen deed wel even verschieten maar zo uitzonderlijk is dat ook weer niet. Om zulke lage temperaturen terug te vinden bij Pasen was het wel eventjes 33 jaar terug gaan.
Dit alles heeft zijn invloed gehad op de bloemontwikkeling die eind maart nog slechts een 10-tal dagen voor lag op het jaargemiddelde. Het is duidelijk dat de fenologie is stil gevallen door de lage luchttemperaturen maar ook door de afkoeling van de bodem door de sneeuw die in de grond trekt. De weerkundigen voorspellen dat de temperaturen langzaam zullen stijgen en groeizaam weer meebrengen met tot 20° tegen het eind van de Paasvakantie. Hopelijk blijven de echte aprilse grillen met lentenachtvorsten en hun schade achterwege. Toch zal het bang afwachten zijn tot de ijsheiligen zijn gepasseerd en blijven in Haspengouw de ‘vuurpotjes’  paraat.

Schade

In tegenstelling tot andere jaren is in 2008 het Paasweekend niet het beruchte schurftweekend geworden. Wel kreeg het late winteroffensief de volle aandacht. De kritische nacht was paasnacht met de laagste temperatuur tot - 5,1° in Wijer. Tot 50% van de bloempjes zijn in vroege Conférencepercelen geraakt. In Kerkom zakte de temperatuur tot -3,6 tussen 5 en 8 uur. Door de bewolking eerder op de nacht is de schade beperkt gebleven. Bij kersen stelde men betrekkelijk weinig schade vast. Vroege appelrassen hebben hier en daar ook een bevroren bloempje.

Vorstprotectie

De koude Paasnachten kende geen typische lentenachtvorsten maar wel een aanvoer van polaire koude. Dit maakt dat hoger gelegen percelen juist wel onderhevig zijn. Het inzetten van warmeluchtkanonnen biedt vooral als voordeel een kwaliteitsbescherming van de vruchten. Voor het al of niet starten met beregenen bij peren staat men dikwijls voor het dilemma van een sterke Pseudomonasaantasting.
Na de vorst kunnen giberellinen gezet worden maar hiervoor moet er ook voldoende temperatuur zijn. Eveneens moet er voldoende blad aanwezig zijn voor de opname. Ter voorkoming van Pseudomonas is best binnen de 48 uur te behandelen. Als zetting kan beter gewacht worden op hogere temperaturen.
Kwaliteitsbevorderend werken met giberellinen in appel was nu niet aan te bevelen doordat de knoppen nog gesloten zijn waardoor de vruchten niet geraakt kunnen worden. Zelfs een averechts effect wordt bekomen doordat beschadigde vruchten door de zettende werking niet afruien.

Schurftbestrijding

De meeste telers hadden zich in de loop van de week ingedekt zodat voor de infectie op Goede vrijdag preventief behandeld was. De ascosporenuitstoot is tot nog toe beperkt gebleven. De voorspelde hogere temperaturen in combinatie met neerslag zullen een massale uitstoot geven. Best is om een preventief schema aan te houden.

Perenbladvlo

De aanplantingen die tijdig behandeld zijn met kaolien kunnen nog verder resultaat boeken met deze techniek. Wie te laat is begonnen of nu nog wil toepassen is niet meer efficiënt. Op heel wat klusters zijn veel eitjes terug te vinden. Een massale ontluiking in de bloei is te verwachten. Een behandeling met Calypso zal dan mogelijk zijn op voorwaarde dat aan de erkenning wordt voldaan: minimum 30% van de klusters moeten vol zitten en daarvan moeten minstens 30% in stadium L1 zitten. Minerale oliën kunnen tot het witte knopstadium maar met vorst is er gevaar voor vruchtschilbeschadiging. Na een oliebehandeling minimum 5 dagen wachten met captanbespuitingen.
Na de bloei kan gekozen worden voor Envidor. Vertimec mag dit jaar slechts één maal toegepast worden. Vorig jaar was er een uitzonderingsmaatregel van 2 behandelingen maar zal dit jaar niet herhaald worden. Vertimec kan beter behouden blijven om later te behandelen op het zogezegde ‘Mitacmoment’.

Bijensterfte

Als fruittelers moeten we ervoor zorgen dat die sterfte niet toeneemt door het ongepast gebruik van schadelijke bestrijdingsmiddelen. Ook staan er heel wat middelen ter discussie door het gevaar voor de bijen. Dus, opgelet voor het behandelen met bloeiende gewassen in de buurt van aanplantingen.

Bladluizen

De groene luizen zijn zeer actief. Met Tipeki was er een goede bestrijding. Met een Calypsobehandeling tegen perenbladvlo voor de bloei zijn ook die luizen meegenomen.

Bemesting

Bij peren moet de bemesting reeds een tijdje gebeurd zijn. De vele regen is niet van die hoeveelheid geweest dat die voedingsstoffen reeds zijn doorgespoeld. Waar lang beregend werd als nachtvorstbestrijding is dit wel mogelijk. Bij appel moeten nog heel wat aanplantingen gestrooid worden.
Teelttechnisch is het verantwoord om zeker dmv bladvoeding bij te sturen, zeker als de koude blijft aanslepen. Opgelet: ook de bladvoedingen worden aangaande stikstof en fosfor meegeteld met de totale bemestingen voor de mestaangifte.

Eddy Leclere
Werkgroep kwaliteit